Deze website maakt gebruik van cookies

Deze website gebruikt cookies en verzamelt daarmee informatie over het gebruik van de website om deze te analyseren. Door hiernaast op akkoord te klikken, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies en het verzamelen van informatie aan de hand daarvan door ons en door derden. Lees hier meer.

Akkoord
Niet akkoord

Energiecrisis vraagt om gezamenlijke aanpak maatschappelijke sportlocaties

17-11-2022

De extreme stijging van de energieprijzen raken de WiZZ leden hard. Als er niets gebeurt zullen ongeveer 200 van de 637 openbare zwembaden binnenkort niet meer te exploiteren zijn. Tijd voor een interview met Michel Kouwenhoven, die in het bestuur WiZZ actief is op het energiedossier.

Optisport
In het dagelijks leven is Michel Kouwenhoven algemeen directeur bij Optisport, een organisatie die inschrijft op tenders van gemeenten als het gaat om de exploitatie van maatschappelijk vastgoed, zoals zwembaden, sporthallen en schaatsbanen. Michel: “We hebben ongeveer 80 zwembaden in beheer, 3 schaatsbanen en ontzettend veel sportaccommodaties, zoals gymzalen en gecombineerde centra. We halen ons bestaansrecht uit een gebundelde kracht en expertise vanuit een centrale organisatie. Gemeente met één zwembad hebben deze expertise vaak niet. Omdat wij een aantal zaken centraal oppakken kunnen de locaties zich focussen op veiligheid en gastbeleving. We hebben dus eigenlijk twee opdrachtgevers: de gast van de sportaccommodatie en de gemeente.”

Zwemmen moet laagdrempelig toegankelijk blijven
In totaal zijn er ongeveer 650 heavy user sportaccommodaties, zoals naast zwembaden en schaatsbanen, die in de problemen dreigen te komen. Michel schets het probleem: “Dit jaar hebben nog veel heavy users vaste contracten, maar volgend jaar lopen veel van die contracten af. Ze gaan dan over naar andere hogere tarieven, wat we niet kunnen terugverdienen in ons kaartje. Voor een schaatsbaan ga je bijvoorbeeld van een energierekening van 100.000 euro naar 800.000. Bij een omzet ongeveer één miljoen zou je dan 700.000 euro terug moeten halen. Dat betekent minimaal een verdubbeling of soms een verdrievoudiging van de kaartprijs. Dat is iets wat we van een maatschappelijke sportvoorziening niet willen. Daarnaast komt de energiecrisis bovenop de gevolgen van de coronacrisis. Daar zijn de meeste zwembaden nog niet van hersteld. De visie is: sport is belangrijk, zwemvaardigheid is gemeengoed in Nederland. Dat moet laagdrempelig toegankelijk blijven. Dat betekent dat we op een andere manier een oplossing moeten vinden voor het energieprobleem.” 

Factoren
Het energiedossier gaat niet alleen over een aanvullende regeling om te extra kosten te compenseren. Er zijn een aantal factoren die meespelen. Er wordt ook gekeken naar wat je wel in het kaartje kunt meenemen. “Alles wordt duurder. Daar moeten wij ook iets in meelopen. We moeten nagaan na wat we op korte termijn verder kunnen doorvoeren aan energiebesparende maatregelen. Er zijn al veel maatregelen toegepast om het verbruik terug te brengen, maar het is een illusie dat we zonder fossiele energie kunnen. En dat betekent dat we op korte termijn met een financieel probleem blijven zitten.”

Belang zwemvaardigheid en zwemcultuur
De overheid heeft aangegeven dat ze de zwemvaardigheid en de zwemcultuur belangrijk vinden en dat ze die in stand willen houden. Dat is een goed uitgangspunt, aldus Michel Kouwenhoven. “Het mag ook niet dusdanig onbetaalbaar worden dat het alleen voor de ‘happy few’ wordt. Dus we zijn nu in gesprek met de landelijke overheid om na te gaan of we met elkaar binnen realistische grenzen een extra oplossing kunnen vinden, bovenop de regeling die al is afgesproken voor MKB bedrijven. Het is nog niet duidelijk wat daaruit gaat komen, maar we hopen natuurlijk dat we voor de sport extra maatregelen kunnen afstemmen zodat we sport betaalbaar houden. We hebben goede hoop dat dit gaat lukken omdat de overheid het belangrijk vindt.”

Media-aandacht, politiek actief en overleg
Er is al veel gedaan vanuit het WiZZ bestuur om aandacht te krijgen voor het probleem. “We hebben, samen met andere sportaanbieders gebundeld in de POS, VKN, gemeenten en NOC/NSF de media opgezocht om aandacht te vragen voor het probleem. Samen met het Platform Ondernemende Sportaanbieders (POS) zijn we ook politiek actief. We proberen het probleem via de Tweede Kamer onder de aandacht te brengen. Daarnaast zitten we in een projectgroep van het ministerie van VWS om het probleem in kaart te brengen en de regeling te modelleren. Daar is de vraag: aan welke knoppen kunnen we draaien om een zo optimaal mogelijk reddingspakket te krijgen. In de eerste fase hebben we duidelijk gemaakt dat er een gat is van 378 miljoen euro voor de zwembaden en schaatsbanen. Dat is op 650 accommodaties 500.000 euro per accommodatie. Dat is voor de sport niet op te brengen, dus daar moet een oplossing voor komen. Er moet dus een regeling komen die impact heeft en waarmee we de komende 2 a 3 jaar doorkomen.”

Het is niet de bedoeling dat de oplossing alleen vanuit de overheid moet komen, aldus Michel. “Er moet in de regeling ook een incentive komen om energie te besparen. Er moet geïnvesteerd worden in duurzame oplossingen om de afhankelijkheid van fossiele energie kleiner te maken.”

Op korte termijn
Leden moeten niet verwachten dat, als de aanvullende regeling is afgesproken, het geld direct beschikbaar is. “Als de uitgangspunten gedefinieerd zijn, moet de regeling verder uitgewerkt worden. Dat is complex, zeker omdat het om prijzen gaat. Het doel is om ergens in november duidelijkheid te hebben over de uitgangspunten. Dan weet iedereen waar ze aan toe zijn. De verwachting is dat aanvragen voor de aanvullende regeling dan ergens in het tweede kwartaal van 2023 mogelijk moeten zijn. Deze geldt dan waarschijnlijk wel met terugwerkende kracht.

Het advies is om in de tussentijd met opdrachtgevers of leveranciers afspraken te maken over de betalingen. “Wij zijn bezig voor het collectief. Het kan geen kwaad om je bij de opdrachtgever te melden en aan te geven dat je het niet meer redt. Zet niet al je vertrouwen op de regeling, maar ga in gesprek met de opdrachtgever. Ga niet achterover hangen tot er iets uit Den Haag komt. Door in gesprek te gaan met je opdrachtgever kan deze de problematiek ook onder de aandacht brengen in Den Haag.”

Artikel delen